Mkb-verklaring

Publicatie datum:
Leestijd:
1 minuut leestijd

Bij de beoordeling van jouw subsidieaanvraag toetsen wij of je aan de subsidievoorwaarden voldoet. Als in de voorwaarden staat opgenomen dat de subsidie bedoeld is voor mkb-ondernemingen, dan moeten wij dat controleren. Dit doen wij met behulp van de mkb-verklaring.

Met de MKB-verklaring bereken je of je valt binnen de definitie van een mkb-onderneming zoals gesteld door de Europese Commissie. Volgens die definitie heeft een mkb-onderneming minder dan 250 werknemers en bedraagt de jaaromzet minder dan €50 miljoen óf is het balanstotaal minder dan €43 miljoen. Dit geldt voor een zelfstandige onderneming, maar is ook van toepassing op het verband van ondernemingen. Dit is inclusief verbonden ondernemingen en partnerondernemingen.

Maak het jezelf makkelijk!

Is jouw onderneming onderdeel van een verband van ondernemingen? Zorg dan dat je bij het invullen van de mkb-verklaring het volgende bij de hand hebt:

  • Een overzicht van alle ondernemingen die aandelen of stemrechten van jouw onderneming hebben óf waar jouw onderneming aandelen of stemrechten van heeft

  • De aandelenpercentages en verhouding van stemrechten tussen de ondernemingen binnen het verband

  • Het aantal fte per onderneming binnen het verband

  • Jaaromzet per onderneming binnen het verband

  • Jaarlijkse balanstotaal per onderneming binnen het verband

De mkb-verklaring invullen

Vul stap 1, 2 en 3 van het stroomschema in. Stap 1 gaat over de juridische structuur van het verband van ondernemingen. Kies voor ja of nee. Zodra je het vakje naar keuze hebt aangeklikt, gaat de route verder. Blijf de opties aanklikken tot je niet verder kunt.

Bij stap 2 vul je het aantal fte en omzetgegevens in. Vul je gegevens in bij stap 3 en onderteken de verklaring. De ondertekening mag digitaal. Als een stap niet of maar deels is ingevuld, is de aanvraag niet compleet. 

NB: Dit document dient te worden aangeleverd door zowel de penvoerder, als de projectpartner. 

Meer weten? Lees dan verder voor rekenvoorbeelden en veelgestelde vragen over de MKB-verklaring.

Rekenvoorbeelden

Hieronder vind je een aantal voorbeelden voor het berekenen van de omzet, balanstotaal en het aantal fte van het verband van ondernemingen. Deze gegevens heb je nodig om de grenswaarden in de mkb-verklaring in te vullen. 

Rekenvoorbeeld 1

Onderneming type 1: Verbonden onderneming met partnerondernemingen

Onderneming type 1: Verbonden onderneming met partnerondernemingen

De ondernemingen die verbonden zijn met de directe partnerondernemingen van de aanvrager neem je naar rato mee op basis van het percentage van de directe partnerondernemingen.

In het voorbeeld hierboven wordt onderneming B meegenomen in de mkb-verklaring omdat deze een verbonden onderneming van directe partneronderneming C is. Aangezien onderneming B een verbonden onderneming van directe partneronderneming C is, neem je onderneming B naar rato mee op basis van het percentage van onderneming C (30%).

Onderneming A nemen we niet mee omdat dit een partner van een partner is.

Onderneming Type 1: Verbonden onderneming met partnerondernemingen


Berekening:

Totaal aantal fte 25 (van de aanvrager) + 1,5 (partner C 5/100 x 30) + 1,5 ( partner D 5/100 x 30) + 0,6 (partner B 2/100 x 30) = 28,6 fte

Balanstotaal € 220.000 (van de aanvrager) + € 24.000 (partner C € 80.000/100 x 30) + € 42.000 (partner D € 140.000/100 x 30) + € 3.000 ( partner B € 10.000/100 x 30) = € 289.000 balanstotaal

Totale omzet  € 155.000 (van de aanvrager) + € 21.000 (partner C € 70.000/100 x 30) + € 36.900 (partner D € 123.000/100 x 30) + € 27.000 (partner B € 90.000/100 x 30) = € 239.900 totale omzet

Rekenvoorbeeld 2

Onderneming type 2: Verbonden onderneming zonder partnerondernemingen

Onderneming type 1: Verbonden onderneming met partnerondernemingen

Onderneming type 2: Verbonden onderneming zonder partnerondernemingen

In het voorbeeld hiernaast zijn zowel Holding A als Holding B verbonden ondernemingen van de aanvrager. De cijfers van Holding A en Holding B neem je voor 100% mee in de berekening

Onderneming type 2: Verbonden onderneming zonder partnerondernemingen

 

Berekening:

Totaal aantal fte: 1 + 2 + 5 = 8

Balanstotaal: € 10.000 + € 15.000 € 25.000 = € 50.000

Totale omzet: € 15.000 + € 7.500 + € 60.000 = € 82.500

Rekenvoorbeeld 3

Onderneming type 3: Onderneming met partnerondernemingen

Onderneming type 1: Verbonden onderneming met partnerondernemingen

Onderneming type 3: onderneming met partnerondernemingen

De directe partnerondernemingen (meteen boven en onder de aanvrager) van de aanvrager en van de met haar verbonden ondernemingen neem je naar rato mee. In het voorbeeld hierboven worden partnerondernemingen B en C naar rato meegenomen. Onderneming A daarentegen niet, omdat dit een partner van een partner is.

Onderneming type 3: onderneming met partnerondernemingen

 

Berekening:

Totaal aantal fte: 9 (van de aanvrager) + 1,2 (partner B 4/100 x 30) + 3 ( partner C 10/100 x 30) = 13,2 fte

Balanstotaal: € 27.000 (van de aanvrager) + € 4.500 (partner B € 15.000/100 x 30) + € 27.000 (partner C € 90.000/100 x 30) = € 58.500 balanstotaal

Totale omzet: € 30.000 (van de aanvrager) + € 2.700 (partner B € 9.000/100 x 30) + € 45.000 (partner C € 150.000/100 x 30) = € 77.700 totale omzet

Veelgestelde vragen

  • Je bent een mkb-onderneming wanneer:

    • er bij de onderneming minder dan 250 fte werkzaam zijn en
    • de jaaromzet de € 50 miljoen of
    • de jaarlijkse balanstotaal de € 43 miljoen niet overschrijdt.

    Wanneer er binnen jouw onderneming meer dan 250 fte werkzaam zijn, ben je geen mkb-onderneming. Je bent ook geen mkb-onderneming wanneer zowel jouw jaaromzet de € 50 miljoen als de balanstotaal de € 43 miljoen overschrijdt.

  • Je bent een micro-onderneming wanneer er bij jouw onderneming:

    • minder dan 10 fte werkzaam zijn en
    • je jaaromzet de € 2 miljoen of
    • je balanstotaal de € 2 miljoen niet overschrijdt
  • Je bent een kleine onderneming wanneer er bij jouw onderneming:

    • minder dan 50 fte werkzaam zijn en
    • je jaaromzet de € 10 miljoen of
    • je balanstotaal de € 10 miljoen niet overschrijdt
  • Hiervoor vul je de mkb-verklaring in. Meer informatie vind je op de pagina mkb-toets rekenvoorbeelden

  • Een partneronderneming bezit minstens 25% en hoogstens 50% van de aandelen of stemrechten van een andere onderneming of is voor minstens 25% en hoogstens 50% in bezit van een andere onderneming.

    Deze drempel van 25% geldt niet wanneer dat percentage in handen is van openbare participatiemaatschappijen, risicokapitaalmaatschappijen, personen die geregeld risicokapitaal beleggen, universiteiten of onderzoekscentra zonder winstoogmerk, of institutionele beleggers (met inbegrip van regionale ontwikkelingsfondsen) op voorwaarde dat deze niet als verbonden onderneming worden beschouwd. Een participatie- of risicokapitaalmaatschappij is een onderneming die specifiek als doelstelling heeft het nemen van participaties en deelnemingen in andere ondernemingen en eventueel het al dan niet deelnemen aan het bestuur van die ondernemingen. Op het moment dat de participatiemaatschappij meer dan 50% van de aandelen heeft, verandert dit. Dan hebben zij in principe overheersende zeggenschap. In dit geval wordt de participatiemaatschappij een ‘verbonden onderneming’.

    Bij meer dan 50% spreken we van een verbonden onderneming.

  • In de meeste gevallen maakt de aanvrager deel uit van een verband van ondernemingen. Dit is het geval wanneer de onderneming geen zelfstandig bedrijf is. Dit zijn alle ondernemingen zoals ook opgenomen in de juridische organisatiestructuur.

     

  • Een onderneming beschouwen we voor de de-minimis als een verbonden onderneming als sprake is van zeggenschap over de andere onderneming(en). Als de ene onderneming zeggenschap heeft over een andere onderneming beschouwen we beide ondernemingen als één onderneming voor de de-minimis. Het maakt niet uit of de ondernemingen een fiscale eenheid zijn.

    In de de-minimisverordening is het als volgt beschreven:

    Eén onderneming omvat voor de toepassing van deze verordening alle ondernemingen die ten minste één van de volgende banden met elkaar onderhouden:

    a. één onderneming heeft de meerderheid van de stemrechten van de aandeelhouders of vennoten van een andere onderneming;

    b. één onderneming heeft het recht de meerderheid van de leden van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van een andere onderneming te benoemen of te ontslaan;

    c. één onderneming heeft het recht een overheersende invloed op een andere onderneming uit te oefenen op grond van een met die onderneming gesloten overeenkomst of een bepaling in de statuten van laatstgenoemde onderneming.

    d. één onderneming die aandeelhouder of vennoot is van een andere onderneming, heeft op grond van een met andere aandeelhouders of vennoten van die andere onderneming gesloten overeenkomst als enige zeggenschap over de meerderheid van de stemrechten van de aandeelhouders of vennoten van laatstgenoemde onderneming.

    Ondernemingen die via één of meer andere ondernemingen één van de in de eerste alinea, onder a. tot en met d., bedoelde banden onderhouden, worden ook als één onderneming beschouwd.

  • De onderneming die de aanvraag indient, ondertekent de mkb-verklaring. Het ondertekenen gebeurt door een tekeningsbevoegd persoon binnen de onderneming.

  • Je doet dit op basis van je meest recente jaarrekening.

    Is er sprake van meerdere ondernemingen waarvan je de mkb-cijfers moet berekenen? Bereken dit dan over hetzelfde jaartal. Meer informatie vind je op de pagina mkb-toets rekenvoorbeelden

  • Ja, mits je voldoet aan de mkb-criteria.

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!

Vul het formulier in om je aan te melden. Je ontvangt een e-mail om je aanmelding te bevestigen. We versturen de SNN Nieuwsbrief twee keer per maand.